top of page

Krijg ik sterke botten van kalktabletten?

Ongeveer 850.000 Nederlanders (vooral zestigplussers) hebben last van botontkalking (osteoporose).

Onze botten zijn het sterkst als we ongeveer 35 jaar oud zijn en daarna worden ze geleidelijk aan brozer. 

 

Met kalk bedoelen we calcium.

Calcium is een belangrijk bestanddeel van onze botten.

Het Voedingscentrum zegt dat jonge volwassenen één gram calcium per dag binnen moeten krijgen.

En ouderen nog wat meer namelijk 1,2 gram per dag.

Voldoende calcium zou helpen botontkalking tegen te gaan en daarmee botbreuken op latere leeftijd kunnen voorkomen. 

 

De opname van calcium in botten wordt bevorderd door vitamine D.

Vitamine D krijgen we binnen via de huid en door het eten van vette vis.

Daarnaast is ook vitamine K essentieel voor gezonde en sterke botten.

Waarschijnlijk zijn daarbij ook de mineralen kalium en magnesium van belang.

Voldoende calcium en vitamine D blijken vooral heel belangrijk voor de aanmaak van sterke botten tijdens de groei. 

Bij vrouwen wordt osteoporose versneld na de overgang.

Voor die tijd helpen de vrouwelijke geslachtshormonen de botten sterk te houden.

Er zijn dan ook meer oudere vrouwen dan mannen die last hebben van osteoporose.


Zoals bekend van de melkreclame bevat zuivel veel calcium.

Het zit ook in groenten, bonen, vis en noten, maar daar eten Nederlanders jammer genoeg niet zo veel van. 

Om 1,2 gram calcium per dag binnen te krijgen zou je bijvoorbeeld vijf à zes glazen melk per dag moeten drinken.

Veel (oudere) mensen krijgen onvoldoende calcium binnen en slikken daarom, vaak op advies van de dokter, kalktabletten (calciumsupplementen).

Met of zonder vitamine D.

Sommige onderzoeken laten zien dat bij mensen die ouder zijn dan vijftig kalktabletten inderdaad het risico op botbreuken enigszins kunnen verlagen, maar andere spreken dat weer tegen.

De gebruikers van kalktabletten kunnen er ook nadelige effecten van ondervinden. 

Het slikken ervan hangt namelijk samen met een verhoogd risico op hartinfarcten, beroerten, nierstenen en maag-darmklachten.

De overmaat aan calcium kan in de wand van de bloedvaten gaan zitten.

Je kunt er dus letterlijk aderverkalking van krijgen.

Veel calcium in het bloed kan ook kristallen vormen, vandaar het verhoogde risico op nierstenen. 

Op latere leeftijd verlaagt een hoge inname van calciumrijke voedingsmiddelen het risico op botbreuken niet.

Voorkomen dat je op oudere leeftijd makkelijk een heup breekt kun je daarom het beste doen door als je nog jong bent gezond te eten. Decennia later nog de gevolgen van een onvolwaardige voeding proberen te repareren met pillen lijkt in elk geval niet verstandig.
 

bottom of page